Vizier op volleybal

 

Volleybaldames met ‘Herbie’ onderweg

Zo moet Herbie er ongeveer uitgezien hebben

In mijn volleybaljaren heb ik menig ‘sterk volleybal verhaal’ gehoord. Ik ben zo vrij geweest om er een paar voor de eeuwigheid vast te leggen. Hebt U ook een mooi verhaal, laat het ons  weten. De liefhebbers die na de wedstrijd niet over de verloren of gewonnen punten willen praten maar liever herinneringen willen ophalen, of die van anderen willen doorgeven, zullen u er dankbaar voor zijn.

Het eerste verhaal speelt zich af in de tweede helft van de negentiger jaren, toen een damesteam uit het Oosten des lands voor het eerst op landelijk in plaats van regionaal niveau actief was.  Na een zegetocht door de promotieklasse en de derde divisie werd de sprong in het diepe van de tweede divisie gewaagd. Dat waren indertijd verre reizen naar het hoge noorden. Groningen, Veendam, Leeuwarden , Sappermeer stonden op de wedstrijdkalender. In die streken leerden ze ‘zuiderlingen’ hoe het volleybalspelletje gespeeld werd. Echte ontdekkingsreizen waren het voor de Tukkers, belevenissen op zich, ware expedities. Niet zozeer door de ontoegankelijkheid van de noordelijke provincies, maar meer vanwege het beschikbare vervoer.

In een door een sponsor beschikbaar gesteld VW busje, zo een als in de reclame van de 50 cent ijsco, gingen het damesteam naar de uitwedstrijden. Het reed, was kosteloos en zo af en toe ook goed voor een geweldige sloot lol.  Dus geen luxe Espace, Voyager of Landrover met gps, dvd, cruise control, airco, stoelverwarming of climat control voor de dames, dat zat er niet aan. Neen, een aftands busje. Zo’n Herbie in het groot, met een eigen wil en karakter en een gebruiksaanwijzing van hier tot net achter Dokkum. Lees wat er allemaal kan gebeuren als een damesteam meent verstand te hebben van mannenspeelgoed. 

Een stuk of tien dames gingen er in ’t busje, ze zaten als mieren op een hoop, als haringen in een ton. Dat dit niet bepaald een waar genoegen was laat zich raden. Soms krabde je een hand en vroeg je je af of dat wel die van jezelf was. Zo onoverzichtelijk waren ze tezamen gepakt. Ook omdat er nog een boel tassen mee gingen. Ballentas, kledingtas, persoonlijke tassen en een aantal beauty cases. Kortom er was altijd veel te veel voor veel te weinig ruimte.   

Als er dan buiten zo eind april al een aangenaam temperatuurtje was en het zonnetje scheen lekker was de behoefte aan een opendak in het Herbie busje groot.  Alleen de gedachte al aan de frisse lucht en de warme zonnestralen deden je geest tintelen. En als dat opendak ook nog voor een extra bruin tintje kon zorgen was dat helemaal mooi meegenomen.

Herbie had GEEN echt open dak, sterker.…had ECHT GEEN open dak.  Maar had wel een voorziening in het dak,  dat deed denken aan een open dak. Het was meer een nooduitgang voor als de deuren beklemd raakten. Je kon er dan nog via het dak uit. Hetgeen er zat simuleerde een open dak, niet meer en niet minder.  

Het kwam nogal luxe over, maar stelde in feite niks voor. Het was een besparing op het plaatmateriaal.  Zo’n vierkante meter plexiglas dat met een aantal moeren in de hoeken was vastgemaakt. Maar als je er als dames volleybalteam lang naar keek, er weinig verstand van had  en er als ondeskundigen met elkaar over doorzeurde  ging het steeds meer op een open dak lijken. De wens is dan vaak de vader van de gedachte. Helemaal als de behoefte aan zonneschijn en frisse lucht steeds groter wordt. 

Op het laatst was het gewoon een open dak, geen discussie over mogelijk. De constructie was wat verouderd  maar je hoefde alleen een viertal  moeren even los te draaien.  Volleybal vrouwen onder elkaar, veel verstand van volleybal, maar auto’s was een heel ander verhaal.

Uiteraard was geen van hen automonteuse en waren er ook niet bij die zaterdags voor hun plezier met de baco of steeksleutel  in de gemanicuurde handen gingen liggen sleutelen aan het monster op wielen. “Ja, dan moeten we die moeren maar even los draaien. Dat was zo ongeveer de vaakst gehoorde opmerking in de aanloop naar wat volgens de ANWB helpdesk de meest domste handeling van de vorige eeuw was. Even de moeren losdraaien!!! “ 

Zo gezegd zo gedaan, er werd een begin gemaakt en de dames losten elkaar keurig af zodat niet één alle eer kon opeisen van dit geavanceerd technisch staaltje werk. Bij iedere afknappende of scheurende nagel waren de gvd’s niet van de lucht. Maar de beloning zou al die inspanningen ruim vergoeden. Frisse lucht en zonneschijn. Je kon er een liedje van zingen.

Voorzichtig werd er al een zonnecrème uit de beauty case gepakt en kwamen de eerste discussies los wie wel en wie niet in de zon kon zitten en in gedachten was het inwendige van het busje al omgetoverd tot een zonneterras.  Verwachtingsvol werd de dame die met de  monteuse werkzaamheden bezig was door de rest gadegeslagen. Er was al zo weinig afleiding op de “Route du Nord”, de weg naar het hoge noorden.  Het duurde niet lang meer voordat ze eindelijk verlost waren van al dat gedoe. Er was nog één vastzittende moer, dan was de klus geklaard.

Eindelijk was het dan zover! Echt waar, het plexiglazen luik katapulteerde de lucht in. De wind kwam eronder en met een ruk maakte het zich los van dak en auto en vervolgde zelfstandig de weg door het luchtruim om daarna met een knal in duizend stukken op het asfalt uit elkaar te slaan. De dame met de moer in de handen had geluk dat ze niet werd meegezogen.

De andere dames waren in de hoogste staat van paniek en verbazing. Hoe was dit nou weer mogelijk. Zo’n echt open dak mocht er toch niet zomaar afwaaien. Ik hoef u niet uit te leggen hoe het er afging in het busje, met nu een permanent open dak. Ze stopten, stapten uit en als ware spoorzoekers werden de brokstukken bij elkaar gezocht en meegenomen. Als bewijsstuk van….., ja waarvan eigenlijk.  Van onwetendheid, van onkunde?   

De verdere reis verliep voorspoedig, niemand die nog met zijn vingers aan welk onderdeel van Herbie durfde te komen. De VW werd met vergrendelde deuren op de plaats van bestemming bij de sporthal geparkeerd toen men bij de plaats van bestemming was aangekomen, maar eigenlijk was Herbie voor iedereen via het dak vrij toegankelijk. Gelukkig keek een toevallige passant niet meteen op het dak. Voor een autokraker in spé was het een eitje geweest om zijn slag te slaan. 

Goddank kennen noordelingen het verschil tussen mijn en dijn goed zodat Herbie er na de wedstrijd nog stond. De terugreis verliep voorspoedig. Geen regen, dus ook in de bus bleef het droog. Wat er uiteindelijk met de brokstukken is gebeurd? Bij terugkeer werden de stukken plexiglas in polonaise als relikwieën van een overlevingstocht de clubkantine binnengedragen.

Dat het zonnetje niet altijd scheen als de dames er op uit trokken was vanzelfsprekend. In de koude tijd van het jaar was het wel knus als je met zijn allen lekker warm dicht tegen elkaar aan in Herbie kon zitten. De warmte moest van jezelf komen, Herbie droeg daar niet aan bij.

De verwarming stond standaard op uit en er was nooit  stookolie aanwezig om de kachel warm te krijgen. Er waren nog wel wat andere gebreken die juist in dat jaargetijde het autorijden tot een ware beproeving maakten.

Zoals niet functionerende ruitenwissers, of er kwam geen water uit de sproeiers omdat er geen sproeiers waren, of geen water reservoirs. Zoals u bovenstaand kon lezen waren de dames in die tijd nogal inventief. Volleybalsters hebben altijd bidons bij zich, waar vaak van die geheimzinnige mix – drankjes inzitten. Tenminste volgens Bartje zit er lang niet altijd alleen maar water in.

Bij dichtslaande voorruiten door kou en door allerlei drap dat er van de straten kwam had men het volgende kunstje bedacht. Het zijraampje werd geopend. Iemand, liefst de chauffeur, moest dan met een bidon in de aanslag gedeeltelijk buiten het raam gaan hangen om met een welgemikte straal uit de bidon de voorruit even schoon te spuiten. Als zo’n straal uit de ruitensproeier komt zit er vaak antivries in die ijsvorming voorkomt. Om de een of andere reden gaf een waterstraal uit een damesbidon hetzelfde effect.

Volgens velen mocht de club de heer prijzen dat het damesteam na één jaar degradeerde naar de regionale derde divisie en bespaard bleef van vele verre reizen naar het noorden en de daarmee gepaard gaande autorodeo achtige kunststukjes. Dit was  natuurlijk over een langere periode nooit goed gegaan. Daar waren brokken van gekomen en dan niet alleen maar brokken plexiglas.