Persbericht Nevobo inzake Talent Teams

Papendal, 23 april 2013

Talent Teams komend seizoen in competitie. Nevobo voert uitgesteld besluit door na horen alle betrokken partijen.

Na een beleidsdiscussie die ruim een jaar heeft geduurd, maakte voorzitter van de Nederlandse Volleybalbond Hans Nieukerke vanmiddag op Papendal bekend dat de Talent Teams volleybal vanaf komend seizoen zullen meespelen in de nationale competitie. Nadat de bond in februari dit jaar haar plannen voor de competitiegang van haar jeugdteams definitief bekend maakte, stuitte dit op veel weerstand bij met name de dames eredivisieverenigingen.

Om die reden besloot het Nevobo – bestuur haar besluit te heroverwegen en alle betrokken partijen (opnieuw) te horen. Gisteravond en vanochtend zijn alle betrokkenen op de hoogte gebracht van dit finale besluit, waarna vanmiddag op Papendal de aanwezige media geïnformeerd is.

Het bestuursbesluit maakt onderdeel uit van een integraal plan om het zaalvolleybal in Nederland te verbeteren. Doel van dit plan is onder andere om volleybaltalent langer in Nederland te houden om zo de topcompetities en de verenigingen in eigen land te versterken. Jaarlijks zullen zo’n vijf talenten in het Talent Team instromen en zal hetzelfde aantal het Talent team verlaten.

De Nevobo beoogt dat deze laatste groep minimaal twee jaar voor een Nederlandse Eredivisieclub zal spelen, voor zij eventueel naar het buitenland vertrekken. “Op die manier plaatsen we een kurk op de Eredivisie”, aldus bondscoach Gido Vermeulen.

Met de maatregel verwacht de bond eveneens dat Nederland weer mee gaat doen om de podiumplaatsen op de internationale jeugdtoernooien. “Momenteel leggen we het af tegen landen die niet zo zeer over betere spelers beschikken, als wel een veel beter ingespeeld team zijn,” bepleit Saskia van Hintum die onlangs met Jeugd Oranje meisjes deelnam aan het EK in Servië. 

“Wij zijn van mening onze sport in Nederland met dit besluit te dienen”, reageert het hoofdbestuur uit monde van voorzitter Nieukerke. ,,Wij vinden het als directie en bestuur spijtig dat het besluitvormingsproces zo is verlopen, maar kunnen na alle consultaties niet anders dan besluiten dat dit de manier is om het niveau van onze nationale competities en nationale teams op korte en lange termijn te verbeteren en onze positie ten opzichte van andere landen te versterken.”