Behoort Oranje (v) nog bij VNL-top?

VoV, 14-05-2021. 5:58 uur. In 2018 haalden de Oranje Dames de Final Six van de NVL-wereldcompetitie en waren vervolgens in de poule niet tegen China en de USA opgewassen, met een gedeelde vijfde plek in de eindrangschikking sloot Oranje het toernooi af. Een jaar later werd Oranje elfde, vorig jaar was er geen VNL om de ons allemaal bekende redenen.

Dit jaar wordt er in de “Rimini bubbel” om de VNL-titel gespeeld. Alle 16 deelnemende landen spelen in Italië tegen elkaar, met vervolgens de strijd om de medailles door de top vier uit de stand. De vraag is of Oranje zich kan verbeteren ten opzichte van de vorige editie?

Oranje speelt deze zomer twee grote toernooien, eerst de VNL-competitie en daarna het EK. Nederland zal door het ontbreken van Lonneke Slöetjes, de tijdelijke absentie van Robin de Kruijf, de van de operatie herstellende Yvon Beliën en de als Oranje international gestopte Floortje Meijners veel ervaring missen. Met name de invulling van de diagonaalpositie en de midpositie zal enig puzzelwerk en de nodige oefenuurtjes vergen. Oranje begint in Rimini met een selectie van 18 speelsters, op 9 juni mogen zich nog 6 nieuwe speelsters melden.

Waar ongetwijfeld de teams die aan de Spelen in Tokyo deelnemen de VNL-competitie als voorbereiding en selectie daarop gaan gebruiken, zal de bondscoach gaan selecteren om met de sterkste ploeg aan het EK te gaan deelnemen. Van de olympiërs ontbreken in Rimini Argentinië en Kenia.  Japan, Servië, China, USA, Brazilië, Rusland, Italië, Zuid-Korea, Turkije en de Dominicaanse Republiek zijn wel van de partij. Voor de Oranje dames een mooie graadmeter om te zien hoe ze er tegen de Europese tegenstanders voor staan vlak voor het EK en op iets meer dan een jaar voor het WK in Nederland.

Bondscoach Selinger zal vooral in de voorbereiding op en tijdens deze twee grote toernooien veel oog hebben voor een ‘nieuw Oranje’, waarvan in 2022 in eigen land en dan twee jaar later bij de OS in Parijs een goede prestatie wordt verwacht. De VNL is een prima gelegenheid om te testen omdat er bij deze editie niet gedegradeerd kan worden naar de Europese Golden League. En Oranje dus ook het VNL-ticket voor 2022 al binnen heeft.

Afgelopen weekend kwamen de Oranje Dames, althans een deel van de long list selectie, voor het eerst sinds vorig jaar januari (OKT duels) weer in actie. België was de gastheer. Op 19 mei zijn de rollen omgekeerd, dan ontvangt Nederland de ‘Yellow Tigers’, een mooie opmaat voordat beide teams op 25 mei in Rimini tegen elkaar het VNL-bal openen.

Bij de oefensessie in België kregen veel talenten de kans om zich bij de bondscoach in de kijker te spelen, aangezien speelsters die een zware buitenlandse competitie, of om andere redenen, achter zich hebben niet werden ingezet. Zo waren Laura Dijkema, Maret Grothues, Juliët Lohuis en Nicole Koolhaas, naast de al eerdergenoemde ontbrekende speelsters, niet van de partij.

Daarentegen kregen jonge talenten (Elles Dambrink, Iris Scholten, Indy Baijens) de gelegenheid om ‘Oranjetijd’ te maken. Bij deze oefenduels ging het om het oefenen, niet om het winnen. Dat er gewonnen en verloren werd (er werd met een mix van twee Oranjeteams tegelijkertijd geoefend) hield beide partijen mooi in evenwicht.

Slechts een drietal speelsters van de tegen België in actie komende twee Oranjeteams waren goed bij de bondscoach bekend. De libero’s Kirsten Knip en Myrthe Schoot en de passer loper Anne Buijs. De overige speelsters moeten zich via hun prestaties nog bij hem ‘in the picture’ spelen.

gh @ Vizier op Volleybal. Foto FIVB, het Oranje in januari 2020.