Apollo 8 door naar kwartfinale nationale beker

VoV, 24-12-2023. 12:08 uur. Vlak voor de kerstdagen heeft Apollo 8 zich met moeite weten te plaatsen voor de kwartfinale van het nationale bekertoernooi. Op zaterdag 23 december schaarde de ploeg van Bart en Thijs Oosting zich in Apeldoorn bij de laatste acht teams door topdivisionist Alterno met 0-3 te verslaan: 26-28, 14-25, 24-26.

In fases lastig: “We hadden het best lastig in bepaalde fases van de wedstrijd. Alterno had vooral een goede servicedruk waar we niet altijd een passend antwoord op hadden. Ook door te veel eigen fouten hebben we het onszelf erg moeilijk gemaakt. Bekerwedstrijden zijn altijd lastig, het resultaat is het belangrijkste en dat hebben we behaald”, aldus aanvoerder Carlijn Koebrugge.

Belangrijke momenten benut: Trainer/coach Thijs Oosting: “Alterno begon goed en onbevangen aan de wedstrijd. We moesten met drie setpoints in ons nadeel alle zeilen bijzetten om de eerste set te winnen. Wij benutten direct onze eerste kans op setwinst: 26-28. De tweede set speelden we clean en wonnen deze eenvoudig met 14-25.

Met een 15-18 voorsprong in de derde set hadden we een klein gaatje te pakken. Alterno herpakte zich, kwam terug tot 24-24. Op de belangrijke momenten bleven we rustig en sleepten de set en daarmee de wedstrijd binnen.”

Korte vakantie, Twente Cup en volgende competitiewedstrijd: Het grootste deel van het team begint aan een welverdiende week rust. Dat geldt niet voor alle speelsters: de Bornse Marit Zander, Pippa Molenaar, Roos Wessels en Noa Krikhaar. Zij bereiden zich met Jong Oranje op Papendal voor op de WEVZA, een internationaal toernooi dat begin januari in Sicilië wordt gespeeld.

Op donderdag 4 januari 2024 is Apollo 8 een van de zes Twentse volleybalteams die meedoet aan de Twente Cup in de IISPA in Almelo.

De eerstvolgende competitiewedstrijd in de eredivisievolleybal speelt het team op zaterdag 13 januari. In sporthal De Veste in Borne is Voltena uit Werkendam de tegenstander. Aanvang 20.00 uur.

gh @ VoV, verslag van Maarten Hulsman. Foto Rudy Biekart.