De DELA Eredivisie onder de loep

Nu bijna de helft van de competitie in de DELA Eredivisie erop zit,  van de 28 wedstrijden hebben de teams er twaalf of dertien gespeeld, hebben we de loep uit de la gehaald en eens gekeken wat dit seizoen zoal aan resultaten heeft opgeleverd. En of we ons een beetje konden vermaken bij de wedstrijden. Was het tot dusver adembenemend spannend of tot vervelens toe saai?  Is deze opzet op basis daarvan voor herhaling in 2013-2014 geschikt of moeten de bondsbonzen  toch maar wat anders gaan uitdenken en voorleggen aan de clubs om het publiek weer naar de zalen te krijgen?

Allereerst de stand, want die cijfers zeggen natuurlijk meteen al het een en ander over of het spannend was / wordt of juist niet. Sliedrecht Sport 36, Irmato VC Weert 30, VC Sneek 26, Peelpush 20*, Eurosped 15*, Vv Alterno 13, SV Dynamo 10* en Energy Volley Lycurgus 0*. Teams met * speelden 12 wedstrijden, de andere dertien. Dit seizoen gaat het alleen om het kampioenschap, niet om degradatie. Dus slechts enkelvoudige spanning, waar dubbele in principe mogelijk was geweest. Zoals pakweg 90% van de volleybalkenners vooraf hadden verwacht / voorspeld gaat de titelstrijd tussen Sliedrecht Sport en VC Weert. We denken dat ongeveer eenzelfde aantal ook de stand onderaan zo zou hebben voorspeld. Waarbij Alterno toch wel een paar plaatjes hoger was ingeschaald. Maar wat niet is, kan nog komen.

Dan de wedstrijden. Vijftig werden er tot nu toe gespeeld. Achttien keer werd het 3-0, twintig keer 3-1 en twaalf keer 3-2. Bij de achttien 3-0 uitslagen werd de derde set twee keer beslist met twee punten verschil, bij de twintig 3-1 uitslagen was dat ook twee keer in de vierde set en in de duels met tiebreaks was er twee keer dat minimale verschil in de vijfde set en werd vier keer die vijfde set met twee punten verschil in de vierde doorgang  afgedwongen. Één keer was het in de derde set van een vijfsetter spannend. Met twee punten verschil kon toen de wedstrijd verlengd worden. Op die momenten was er echte wedstrijdspanning!  Is het te kort door de bocht om te stellen dat er in 50 wedstrijden, waarin 194 sets werden gespeeld, dus echte wedstrijdspanning was in totaal elf sets, ofwel in ruim 5% van alle gespeelde?

Totaal dus 194 sets, waarvan er 45 met twee punten verschil werden beslist, inclusief die elf hiervoor genoemde. Bij 58 sets was het verschil bij de finish meer dan twee punten, maar niet meer dan vijf (dus tussen 25-22 en 25-20) en bij 91 sets vijf of meer, waarvan bij 30 zelfs meer dan 10. Geen greintje setspanning dus bij (58 + 91) 149 van de 194 sets. Ofwel bij 77% van alle gespeelde sets. Dat is natuurlijk prachtig voor de supporters van de winnende teams, maar als neutrale toeschouwer krijg je het daar beslist niet warm van. Krijg je beslist niet de drang om vaker te gaan kijken, omdat het er zo spannend was.

Bij meer dan driekwart van de wedstrijden geen setspanning en slechts in ruim 5% van de gespeelde duels echte wedstrijdspanning. Dat is de balans, die wij opmaken als we kritisch en scherp naar alle uitslagen kijken. Was er dan niets te genieten? Natuurlijk wel, natuurlijk waren er momenten en uitslagen die we vaker wensten te zien. Zoals bij Peelpush vs Sliedrecht (vier sets met 2 punten verschil) of SV Dynamo vs VC Sneek met 14-16 in de  tiebreak en 30-28 en 25-23 setstanden. Maar ze zijn gewoon veel te schaars. Te vaak is het verschil te groot, zoals bij de reeds genoemde 30 sets.

En dan nog even over de persoonlijke ranglijsten, die we uit volleybalstatistieken.nl haalden en waarvan we aannemen dat ze kloppen. Bij de aanvalsters is Laure Obelink van SV Dynamo met 164 punten topscorer, op de voet gevolgd door Angelique Vergeer, met 162 punten. De afstand naar Floor Berden ( Peelpush) is al 20 punten, Moniek Jansen ( Vv Alterno)  heeft 126 scores en Esther van Berkel (Sliedrecht Sport) 117.

Petri Monsewije (Peelpush) staat bovenaan met haar gescoorde blokpunten. Totaal 37 keer blokkeerde ze een aanval van de tegenpartij tegen de grond, ofwel 3,4 keer per wedstrijd. Jeanine Stoeten (Eurosped, 35), Marlies Wagendorp (SV Dynamo, 33), Martha Malta (VC Sneek, 30) en Heleen Hesselink (Vv Alterno, 30) staan verder in de top vijf. Bij de dames met de meeste directe opslagpunten staat Heleen Hesselink bovenaan met 27 aces uit 171 keer serveren in 13 wedstrijden. Marlou Sommer (Eurosped, 26), Ilse Oude Luttikhuis (Eurosped, 25), Nienke de Waard (Sliedrecht Sport) en Martha Malta (VC Sneek, beide 22) volgen op de voet.  Dat waren de feiten en cijfers. Het is niet anders. Spannender en leuker kunnen we het niet maken.

gh @ Vizier op Volleybal