Vizier op volleybal

 

De ranking en zo bij een Grand Slam

Met enige regelmaat berichten wij over de Grand Slam toernooien beachvolleybal, die er door Nederlandse teams over de hele wereld worden gespeeld. Zoals deze week ook weer over de Grand Slam van Berlijn. Reservelijsten, kwalificatie- en KO rondes, poulewedstrijden  zijn inmiddels bekende begrippen geworden. Wat ons echter niet helemaal duidelijk was, en u misschien ook niet, was hoe de organisatie steeds tot een poule indeling kwam, wie er wel of niet op centrecourt mogen spelen en waarom het ‘thuisland’ altijd als eerste geplaatst werd.

“Als je iets niet weet, moet het vragen aan mensen die er verstand van hebben!” is me vroeger vaak gezegd, wanneer ik dacht alles zelf te moeten uitzoeken. Dus daarom maar aan beachvolleybal kenners John Stubbe en Mark Zijlstra gevraagd. Van Mark kreeg ik de antwoorden, waarvoor dank. Blijkt maar weer eens dat de ‘loting’ niet met warme en koude ping-pong balletjes in een beker gaat, maar dat er een heel rekenkundig systeem achter zit.

Mark berichtte VoV: “De FIVB werkt met een ranking- en seeding systeem. De ranking wordt gebaseerd op de resultaten van spelers in de afgelopen 365 dagen. De punten van speler A worden opgeteld bij de punten van speler B, ongeacht of zij samen gespeeld hebben, of met andere partners. Op basis van deze punten verdient een LAND een startbewijs. Dus speler A en B zorgen ervoor dat het LAND, waarvoor zij uitkomen, een plek in het hoofdtoernooi of de kwalificaties krijgt. Speler A en B zijn dus niet perse verzekerd van een plek.

De 24 hoogstgeplaatste teams, aangewezen door hun nationale federatie, plaatsen zich voor het hoofdtoernooi. Daarbij zitten altijd minimaal twee teams van het organiserend gastland. Één van deze teams wordt geplaatst op plek één, de andere wordt geplaatst naar haar ‘seeding’, of op plek acht, als de ‘seeding’ een lagere plek oplevert dan de achtste.  Het kan dus voorkomen dat een relatief  ‘slecht’  beachvolleybal land plek één en acht inneemt, die zijn toegewezen door de FIVB.

De ‘seeding’ bepaalt de plek van een team in een poule, en wordt gebaseerd op de beste zes  resultaten van de laatste acht toernooien op de FIVB World Tour. De maximaal te halen punten van die zes toernooien worden gedeeld door het daadwerkelijk behaalde aantal punten, en het team dat het beste resultaat heeft neergezet, wordt het hoogst ‘geseed’.

Het organiserend land kan zelf bepalen wie er op het centrecourt in het stadion mag spelen, zij bepalen het speelschema, waarbij wedstrijden uit een bepaalde ronde wel ongeveer op hetzelfde tijdstip moeten beginnen. Vaak spelen dus de teams uit eigen land op de beste velden, hoewel bijvoorbeeld sommige teams in Nederland graag buiten het stadion spelen, aangezien ze gewend zijn aan de wind.

Verrassende resultaten  in de poule uitslagen zijn dus deels te verklaren door de plaatsen die de teams van het gastland innemen. Daarnaast zie je ook dat na de Olympische Spelen wat teams uit elkaar gegaan zijn, nieuwe koppels gevormd zijn, en men langer rust genomen heeft dan normaal, waardoor de subtop dichter bij de top is gekomen. Ook zie je dat door de professionalisering in de sport men meer over elkaar te weten komt en het daardoor bijna niet meer mogelijk lijkt te zijn om als team te domineren.

@Vizier op Volleybal.