Het dilemma van Set-Up ’65 (deel II)

In de maart 2013 uitgave van Volley Techno, het vakblad voor de volleybaltrainer, verscheen een drie pagina’s groot artikel van hoofdredacteur Han Bulten met de hierboven genoemde titel, waarin hij ingaat op het luxeprobleem, dat ze in volleyballend Ootmarsum hebben. Vandaag de tweede aflevering, waarin de vroegere eredivisiescheidsrechter en huidig voorzitter René Bosch en Dick Grovenstein, voormalig selectietrainer en in het verleden voorzitter van de TC, aan het woord komen. Deze aflevering gaat over benodigd BUDGET, het vast te leggen BELEID en VRIJWILLIGERS.

Vrijwilligers:

Op dit moment draait Set-Up ’65, net als heel veel clubs op een te gering aantal vrijwilligers. De voorzitter is op zaterdag de hele dag in de hal actief met allerlei hand- en spandiensten. Er zullen meer vrijwilligers moeten komen als Set – Up eredivisie speelt.

Budget:

René en Dick gaan ervan uit dat het budget voor het dames 1 team verdubbeld moet worden ten opzicht van het huidige in de Topdivisie. Waar haal je dat geld vandaan? De extra kosten zitten onder andere in inschrijving voor de eredivisie, en op dat niveau is reizen in eigen auto toch eigenlijk niet meer passend, je speelt door de week en hierdoor moeten speelsters vrij nemen. Je moet dat toch enigszins compenseren. De aanschaf van Data Volley en stel je voor dat de NOS komt, omdat je toevallig tegen een ploeg speelt, die op dat moment kampioen van Nederland kan worden. Alle aandacht gaat naar die ploeg en wij moeten 2.500 euro ophoesten omdat de NOS er is.

Beleid:   

“We zullen beleid moeten vaststellen.  We moeten vastleggen wat de consequenties zijn als we eredivisie gaan spelen en dan binnen die kaders aan het werk moeten” En dat is niet zo eenvoudig, want de kracht van Set-Up is dat het een sterke onderlinge band heeft en het idee van vereniging leeft. Of zoals René en Dick het verwoorden: “We zijn een vereniging en dat betekent dat meer trainen van dames 1 niet ten koste mag gaan van bijvoorbeeld de recreanten. Beleid vaststellen en de consequenties in beeld brengen om zo duidelijkheid te geven aan alle betrokkenen, zal dus nodig zijn. Wat beide mannen betreft zo snel mogelijk en het liefst zodanig dat de keus uitvalt om eredivisie te gaan spelen. Zij zijn zo ver.

Want wat als de keus voor eredivisie niet gemaakt wordt? Opnieuw zal dan een aantal speelsters de club verlaten en dat wordt als zeer frustrerend ervaren.

(Bron Volley Techno, uitgave maart 2013)