Rivo doet twee duels in vier dagen
Woensdag 9 december speelden de Rivo mannen in een prachtige vrij nieuwe locatie te Doetinchem tegen topploeg Orion. Als je weet waar je staat kun je vooraf bedenken dat het geen wedstrijd zal worden om drie punten te pakken. Orion behoort tot de topploegen van de Eredivisie dit seizoen en Rivo kan zich helaas niet zo rijk rekenen momenteel. Het gaat er dan om een acceptabel niveau neer te zetten , dat is de enige doelstelling aan het begin van een dergelijke wedstrijd.
En Rivo deed dat zeer verdienstelijk. Lange tijd ging het gelijk op in de eerste set , zowel in scores als in fouten , en konden we aardig bijblijven en was de aanblik beslist acceptabel. Mooie rally’s en aanvallen aan beide kanten. Helaas kwamen we niet verder dan 25-20 , maar we deden onze eigen dingen goed en moesten onze meerdere erkennen in Orion, dat is zeker geen schande.
Toch bleek dan in het vervolg van de wedstrijd dat we tekort komen en mentaal niet sterk genoeg zijn om nog een potje te breken. Orion ging vrijuit en met veel lef spelen en Rivo kon niet meer aanhaken. Een tussenstand van 20-10 zegt voldoende en Orion maakte het makkelijk af met 25-15. Dat geeft duidelijk de verschillen aan en daar moeten we vooral niet om treuren, eerlijkheid duurt het langst. Er stond een veel beter team aan de andere kant , en momenteel hebben we niet de kwaliteit in huis om van top teams te winnen.
De derde set liepen we weer achter de feiten aan , kwamen achter met 19-8 en dan was het in feite bekeken zaak. Rivo kon zich nog even oprichten in de slotfase en de schade beperken tot opnieuw 25-15 , maar van een echte wedstrijd was ook deze set geen sprake. Toch hebben we daar weinig woorden aan verspild. Realistisch zijn is het beste. Stand en materiaal verplicht moest Orion ook winnen en dat hebben ze goed gedaan. We gingen ons direct focussen op de komende wedstrijd van zaterdag tegen Rotterdam.
Rivo vs ARBO Rotterdam Volleybal.
Op papier en volgens de Nevobo prognose diende Rivo met 3-0 te winnen. En dat gebeurde ook. Eerlijkheidshalve zullen we onze voldoening moeten halen uit het winnen van wedstrijden tegen teams die mede in de play-out zone verkeren. En dat hebben we goed gedaan zaterdag. Hoewel het Rivo niet lukte in de eerste set een gat te slaan , en de gasten uit Rotterdam steeds bijbleven tot zelfs 22-22 hebben we toch op karakter en met een fraai kill – blocks van Sjoerd Wessels de eerste set binnengehaald met 25-23. En positief is te melden dat we allemaal vastbesloten waren de drie punten vandaag binnen te halen.
Dus de lijn voortzetten in de tweede set , en dat lukte opnieuw. Niet met groot verschil , opnieuw noteerden we 20-20 op de bordjes, maar zeker het gevoel dat we het toch beter op orde hebben dan Arbo Rotterdam. We sloten verdiend af met 25-23 en stonden 2-0 voor.
De derde set wilden we absoluut ook winnen en dat was te zien. Al snel stonden we op 7-3 voorsprong en zaten we lekker in de wedstrijd. Helaas worden we dan geconfronteerd met de onsportieve trucen doos van de Rotterdamse trainer / coach die weer eens alles uit de kast haalt om arbiters en tegenstanders uit het ritme te krijgen , maar wat moet je ook anders als je slechts over zes spelers beschikt die de moed al in de schoenen is gezakt.
Minpuntje voor de arbitrage die daar vandaag weer met beide benen intrapte en de grip op de wedstrijd verloor. Pluspunt en complimenten voor de Rivo mannen die zich niet van de wijs lieten brengen en de set en de wedstrijd keurig met 25-17 afrondden en zo de volle drie punten konden bijschrijven hetgeen een 9e plaats op de ranglijst opleverde.
We zijn er blij mee en hebben het gevoel gekregen dat we zeker wedstrijden kunnen winnen , maar dat we de focus moeten verleggen.
Komende zaterdag 19 december wacht een zware tegenstander, de nummer een van dit moment , Lycurgus, en deze wedstrijd spelen we om 16.00 uur te Groningen. We gaan daar zeker niet heen met het idee om te winnen , maar wel om ze het zo moeilijk mogelijk te maken en dan is de bal rond.
(Verslagen van teammanager Gerrit ter Harmsel, Rivo Rijssen. Foto Rudy van ’t Rood)