RVV wint ook in eigen huis van US
VoV, 28-01-2024. 17:16 uur. Ondanks een aardig gevulde ziekenboeg lukte het Habithuis RVV om ook de tweede wedstrijd tegen US te winnen. Nadat de wedstrijd in Amsterdam eindigde in een 4-0 overwinning, won RVV ditmaal met 3-1.
De gastheren schoten uit de startblokken en pakten al snel een voorsprong. De bezoekers gaven zich echter niet gewonnen en enkele ogenblikken later was de stand alweer gelijk. Bij RVV sloop er twijfel in het spel en werd er vooral naar elkaar gekeken. Door middel van een time-out en enkele stevige woorden lukte het de Katwijkers om de rug te rechten en weer een kleine voorsprong te pakken. Deze keer werd deze niet uit handen gegeven en pakte RVV de set. (25-21)
De tweede set leek een kolfje naar de hand van RVV. Het team speelde soeverein en alweer werd een snelle voorsprong. Helaas werd deze wederom snel weggegeven omdat RVV niet onder de druk van de sprongservice van US uitkwam. Toen US via 12-11 de voorsprong pakte, greep coach Peter van den Berg in met een dubbele wissel. Er kwam meer vertrouwen in de ploeg en al snel was het verzet van de hoofdstedelingen gebroken. (25-17)
In de derde set bleken de Amsterdammers niet op te geven. Eigenlijk stonden zij de gehele set op voorsprong, welke steeds een klein beetje werd uitgebreid tot 20-16. Vanaf dat moment besloot RVV te gaan knokken en kwam het team weer op gelijke hoogte. Door enkele goede punten waarin vooral goed werd verdedigd pakte het thuisteam ook deze set. (25-22)
US had de wedstrijd dus al verloren, maar ze leken niet puntloos naar huis te willen gaan. Plotseling verdedigden de bezoekers heel veel ballen waardoor RVV weinig punten scoorde. Toen US op 21-24 kwam, leek dus deze set naar hen te gaan. De Katwijkers kwamen echter weer terug, maar vergaten zichzelf voor deze inhaalrace te belonen. US pakte het laatst te verdelen puntje. (24-26)
Volgende week hoeft Habithuis RVV niet ver te reizen. De middenmoter gaat op bezoek bij nummer tien Inter Rijswijk.
gh @ VoV, verslag van Bas van der Tang, RVV. Foto Alexander van Duijvenboden.